‹ www.ijsselstreekvizier.nl Oude IJsselstreek Vizier · woensdag 18 februari 2015 · 9 Bevoorrading was een serieus probleem Nadat de slag om Normandië op 25 augustus 1944 ten einde was, trokken de geallieerde legers in hoog tempo op richting het noorden. door Leo Marriet Begin september bereikten de geallieerden België en Metz. Door deze snelle opmars kon de met de bevoorrading belaste the Service of Supply de troepen niet bijhouden. De bevoorradingscrisis sloeg in alle hevigheid toe. De kanaalhavens waren nog bezet of vernield. Antwerpen was wel in geallieerde handen, maar de haven was niet bruikbaar. Ook het Franse spoorwegnet was door bombardementen grotendeels verwoest. Alle voorraden moesten worden aangevoerd vanaf de invasiestranden in Normandië: een afstand van ca. 500 km. De divisies hadden samen per dag 20.000 ton aan voorraden (munitie etc.) en 800.000 gallons (3,7 ltr) benzine nodig. Het laatste werd vanaf het begin van D-day via pijpleidingen vanaf tankers voor de kust aan land gebracht. Op 12 augustus werd een pijpleiding vanaf Engeland naar Cherbourg in gebruik genomen en werd onder de naam de Red Ball Express de bevoorrading gereorganiseerd. Er werden twee aparte routes vanaf Cherbourg naar de logistieke basis bij Chartres geopend. Op de noordelijke route reden de volle vrachtauto’s en via de zuidelijke route reden de lege vrachtauto’s terug. Op beide routes mocht alleen militair verkeer plaats Deel 2 in serie verhalen richting de bevrijding van de Achterhoek vinden. Dag en nacht werd er doorgereden. Gedurende de 82 dagen dat de Red Ball Express aktief was werd er door ca. 6000 voertuigen tussen de 400.000 en 500.000 ton goederen vervoerd. Brandstof werd afgetankt en vervoerd in de nu alom bekende –jerrycan. Het was een Duits ontwerp met een inhoud van 20 liter. De Duitse benaming was ‘Wehrmachtkanister’. Het Britse leger had blikken brandstoftanks in gebruik. De kwaliteit hiervan was bar slecht. Ze waren snel lek en moeilijk stapel- en hanteerbaar. In Noord-Afrika maakten de Britten de ‘kanister’ buit en ontdekten dat ze van een beter kwaliteit waren dan hun blikken tanks. De Britten namen ze snel in productie/ gebruik en doopten het blik ‘jerrycan’. Dit is een samenvoeging van een uit de Eerste Wereldoorlog stammend Brandstof werd afgetankt en vervoerd in de nu alom bekende - jerrycan -, van oorsprong een Duits ontwerp. scheldwoord: ‘Jerry’ voor een Duitse soldaat en het Britse woord ‘can’ voor blik. De jerrycan had een snelle beugelsluiting en in de tuit zat een kleine luchtleiding. Deze voorkwam dat tijdens het leeggieten de jerrycan zou gaan klokken. Het oorspronkelijke ontwerp had 3 handvaten. Een persoon kon twee lege jerrycans dragen en twee personen konden gebruikmakend van het buitenste handvat een volle jerrycan dragen. Alle geallieerde legers namen het ontwerp in gebruik. Tot op de dag van heden wordt de jerrycan overal ter wereld gebruikt voor opslag van vloeistoffen. Waor bunt ze en waor blief ze foto: Leo Marriet In zeven afleveringen beschrijft Leo Marriet uit Silvolde de opmars van de geallieerde legers vanaf juni 1944 tot de bevrijding van de Achterhoek eind maart begin april 1945. In de tweede aflevering beschrijft hij de bevoorradingscrisis, die ontstond door de snelle opmars richting het noorden. Wilt u reageren op de verhalen of heeft u zelf interessant materiaal over deze periode, mail Leo Marriet: [email protected].