Urologie Hormoontherapie prostaatkanker Inleiding Bij u is prostaatkanker geconstateerd, waarbij een behandeling met hormonen gestart kan worden. Wat zijn hormonen? Hormonen worden in ons lichaam gemaakt en uitgescheiden in het bloed. Ze beïnvloeden een aantal organen in het lichaam. Een belangrijke groep hormonen die ons lichaam aanmaakt, zijn de vrouwelijke en mannelijke geslachtshormonen. De mannelijke geslachtshormonen zijn onder andere nodig voor de groei en ontwikkeling van de prostaat. Hormoonbehandelingen bij prostaatkanker Het mannelijk geslachtshormoon testosteron stimuleert de aanmaak van prostaatkankercellen. Onder invloed van dit hormoon groeit de tumor dus harder. Bij de behandeling van prostaatkanker wordt hiervan gebruik gemaakt. Een behandeling met hormonen remt de productie van testosteron. Kankercellen hebben hierdoor minder testosteron beschikbaar en zullen daardoor minder snel of helemaal niet meer groeien. Cellen die van testosteron afhankelijk zijn, zullen na langdurige therapie zelfs afsterven. De tumor kan daardoor slinken, waardoor bestaande klachten kunnen verminderen. Ook zal de ziekte zich minder snel uitbreiden, waardoor de behandeling het leven kan verlengen. Bovendien zullen er minder snel nieuwe klachten optreden. Hormoontherapie kan zowel aanvullend (adjuvant) als klachtenverlichtend (palliatief) worden ingezet. Adjuvante hormonale behandeling Dit is een behandeling die wordt toegevoegd ter ondersteuning van een andere behandeling. Soms wordt hormonale therapie als adjuvante behandeling geadviseerd aan mannen met niet-uitgezaaide prostaatkanker. Door hormonale therapie toe te voegen aan bijvoorbeeld bestraling hoopt men de kans op uitzaaiingen of terugkeer van de ziekte te verkleinen. Na afloop van de bestralingsbehandeling kan de hormoonbehandeling nog enkele jaren voortduren. Ook kan hormonale therapie worden toegepast om de tumor voor een operatie te verkleinen. Palliatieve hormonale behandeling. Hormoonbehandelingen bij mannen met prostaatkanker zijn meestal palliatief van aard. Dit betekent om de ziekte te remmen en klachten te voorkomen of te verminderen. 1/4 Er zijn twee mogelijkheden voor hormonale behandeling. Medicijnen: Hormoonpreparaten * De LH-RH analogen Deze medicijnen leggen de werking van de zaadballen stil, waardoor ze geen testosteron meer aanmaken (chemische castratie). De hormoonpreparaten worden drie maandelijks via een onderhuidse injectie toegediend. In veel gevallen komt hiervoor een verpleegkundige bij u thuis. Binnen twee tot drie weken is er een sterke afname van de productie van de mannelijke geslachtshormonen. Wanneer de behandeling wordt gestart, zullen echter tijdelijk (enkele dagen) juist meer mannelijke geslachtshormonen worden aangemaakt. Hierdoor kunnen klachten als gevolg van de uitzaaiingen juist verergeren. Om dit te voorkomen, krijgt u in elk geval de eerste weken van de behandeling ook antihormonen tegen de werking van de mannelijke geslachtshormonen. *Antihormonen De uroloog kan de antihormonen ook in plaats van LH-RH analogen voorschrijven. Soms wordt voor deze therapie gekozen om de ingrijpende gevolgen van impotentie mogelijk te vermijden. Bij een deel van de mannen die met deze antihormonen worden behandeld blijft de potentie intact. Antihormonen kunnen ook worden gebruikt als de LH-RH analogen niet meer werken of als de ziekte na de castratie weer actief wordt. Deze antihormonen worden in tabletvorm toegediend. *Oestrogenen Na de behandeling met antihormonen schrijft de uroloog soms oestrogenen voor om de groei van prostaatkankercellen te remmen. U krijgt deze medicijnen dan in een lage dosering in pleistervorm. In deze fase van het ziekteverloop worden ook wel bijnierschorshormonen (prednison) voorgeschreven. Deze hormonen hebben een rechtstreeks effect op de kankercellen en remmen de productie van de mannelijke geslachtshormonen in de bijnieren. Wanneer de hormoonbehandelingen geen baat meer hebben, worden soms andere hormonen of chemotherapie gegeven. Dit is afhankelijk van uw situatie. Een alternatief voor bovengenoemde medicijnen: Operatie aan de zaadballen (castratie) Door verwijdering van een gedeelte van beide zaadballen, wordt de belangrijkste productiebron van de mannelijke geslachtshormonen weggenomen. Alleen het weefsel dat in de zaadballen hormonen produceert, wordt verwijderd. Deze operatie is in medisch opzicht geen grote ingreep, maar kan voor een aantal mannen een emotionele gebeurtenis zijn. 2/4 Bijwerkingen en gevolgen Als de hormoonproductie door een castratie (operatie of door middel van medicijnen) beïnvloed wordt, zult u veranderingen in uw seksuele leven ervaren. Waarschijnlijk hebt u minder zin om te vrijen en kunt u geen erectie meer krijgen. Overige klachten die na een castratie kunnen optreden, zijn: • opvliegers (= plotselinge warmte aanvallen) • verandering in lichaamsgewicht, meestal gewichtstoename • evt. verandering van lichaamsbeharing • stemmingsveranderingen, bijvoorbeeld neerslachtigheid • onvruchtbaarheid • Op lange termijn; gewrichtsklachten; botontkalking Sommige patiënten krijgen te maken met een pijnlijke zwelling van de borsten. Als u hier veel last van heeft, kunt u met uw arts bespreken of de borstklierschijf (of schijven) kan (kunnen) worden verwijderd. De tepel blijft dan gespaard. Bijwerkingen die kunnen voorkomen bij het gebruik van antihormonen zijn vergelijkbaar met die van LH-RH – analogen, hoewel de bijwerkingen van antihormonen vaak minder zijn. Uitzondering hierop zijn: • bij de start: misselijkheid, vermoeidheid, neerslachtigheid en gewichtsverandering; • pijnlijke zwelling van de borsten; • kortademigheidklachten, Deze bijwerkingen komen bij antihormonen juist vaker voor. Seksualiteit De behandeling van prostaatkanker kan ingrijpende gevolgen hebben voor uw seksuele leven. Een belangrijke lichamelijke klacht is het uitblijven van de erectie als gevolg van een behandeling en/of het verlies van het seksuele verlangen. Voor veel mannen zijn deze klachten een enorme psychische belasting. Ook de relatie kan onder druk komen te staan. Er zijn wel een aantal oplossingen, bijvoorbeeld een behandeling met medicijnen of het gebruik van hulpmiddelen. Deze werken echter niet altijd. Praten is een belangrijk hulpmiddel om met de veranderde situatie om te gaan. Ook het zoeken van alternatieven en/of hulpmiddelen kan veel mensen helpen. Als u en/of uw partner er niet uitkomt, is het aan te raden om hulp te zoeken bij uw specialist of verpleegkundige. Overleg met uw arts Voordat u met een behandeling begint, is het belangrijk met uw arts alle voor- en nadelen van de verschillende behandelmogelijkheden te bespreken. Betrek hier uw eventuele partner bij. 3/4 Vragen Deze brochure betreft een algemene voorlichting. Bijzondere omstandigheden kunnen tot wijziging aanleiding geven. Dit zal altijd door uw uroloog aan u kenbaar gemaakt worden. Hebt u nog vragen, neemt u dan telefonisch contact met ons op. Wij zijn bereikbaar op werkdagen van 08.30 – 16.30 uur op telefoonnummer (0543) 54 46 30. Geheimhouding en recht op privacy Alle medewerkers van ons ziekenhuis, dus ook artsen en verpleegkundigen, hebben een geheimhoudingsplicht. Alleen als u schriftelijk toestemming geeft, mogen zij gegevens aan derden verstrekken. Degenen die bij uw behandeling betrokken zijn, mogen alleen onderling gegevens opvragen en uitwisselen als dat voor uw behandeling nodig is. Het recht op privacy houdt nog meer in. Alle (para)medische, verpleegkundige en verzorgende handelingen moeten worden uitgevoerd zonder dat anderen dat kunnen zien. Een vertrouwelijk gesprek met een zorgverlener dient in een aparte ruimte gevoerd te worden. Wij doen ons best om deze afspraken na te komen. Meer informatie staat in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’, verkrijgbaar op de afdeling. Adresgegevens SKB Streekziekenhuis Koningin Beatrix Bezoekadres: Beatrixpark 1 7101 BN Winterswijk Postadres: Postbus 9005 7100 GG Winterswijk T 0543 54 44 44 F 0543 52 23 95 E-mail [email protected] Website www.skbwinterswijk.nl ________________________ foldernummer: uro 368 versie: mei 2014 4/4